T +31 (0) 20 6259303 info@arttra.com
Select Page

Tentoonstelling
‘Kandinsky’s Autumn’
van Cecile van der Heiden

‘Visuele muziek pur sang’

9 september tot en met 20 oktober 2017 bij ARTTRA Galerie

Opening: zaterdag 9 september van 16.00 tot 19.00 uur

Begin jaren tachtig zag ik het werk van Cecile van der Heiden in galerie de Living Room voor het eerst. Haar werk viel op door de vitaliteit zowel in kleur als in compositie. In de jaren daarna zag ik haar vrolijke verschijning vaak  in de Amsterdamse Jordaan waar ze woonde en werkte. Ik vond het ook meer dan logisch dat ze haar dochter naar Sonia Delaunay vernoemd had, een idee van haar toenmalige galeriehoudster Riekje Swart. Een veelzijdige kunstenares die net als Cecile schilderijen, sieraden,  textiel en serviesontwerpen gemaakt had. Na mijn vraag of ze bij ARTTRA wilde exposeren kwam ze zelf  met de titel van de tentoonstelling: ‘Kandinsky’s Autumn’.

De rus Wassily  Kandinsky(1866-1944) is  een van de grondleggers van de abstracte kunst.Hij is het die de kleur bevrijdde van de contour en evenveel betekenis gaf aan de  punt, lijn of kleur. Hij was net als Van der Heiden en vele andere vroeg abstracte kunstenaars als Ciurlionis en Paul Klee een synesthesist. Volgens de huidige psychologie  is  dat een persoon met een afwijking, iemand die in kleuren, tonen hoort. In Über das Geistige in der Kunst (1911) stelde Kandinsky, die eerst rechten gestudeerd had,  dat kleur en klank psychologische effecten hebben op de menselijke ziel. Hij stelde een klankkleurtheorie op, die een grote invloed heeft gehad op de ontwikkeling van de twintigste-eeuwse kunst. Volgens Kandinsky spreekt iedere kleur een eigen taal met een eigen expressie en zit in elke kleur een eigen klank. Verschillende kleur-klanken die samen een harmonieus geheel vormen, zullen een innerlijke beleving bij de beschouwer-luisteraar opwekken. Deze krachtige uitwerking die kleur en klank hebben op de menselijke psyche, noemde hij de  ‘innerlijke klank’.

Na een studie toegepaste kunst aan de Rietveld academie ( 1970-75) en Ateliers ’63 waar Dibbets en Ger van Elk  haar les gaven lijkt het of  Van der Heiden de innerlijke klanken van Kandinsky en de luchtige knipsels van Matisse en  de vele  invloeden van haar buitenlandse  reizen als leidraad heeft genomen om te komen tot haar eigen unieke beeldtaal.  Een taal die breekt met conventies in kleur, compositie en vooral materiaal. Haar veelkleurige vormen barsten uit het kader, worden  autonoom. Hoe bijzonder is de zelf ontstane vlek in epoxy waar de geheimen van het universum met haar raadselachtige zwaartekrachtwetten verborgen zitten?

Komt zien en luisteren naar de klinkende composities van Cecile van der Heiden!

Marianne Schutte, Kunsthistorica